DagDag 1-3
DagDag 4-5
DagDag 6-7
DagDag 8-9
DagDag 10-11
DagDag 12-13
DagDag 14
DagDag 15-16
DagDag 17-18
DagDag 19
DagDag 20
DagDag 21
DagDag 22-23
DageindDag 24-25

VorigeStartpaginaVolgende


Oblast (Maandag 18 juli)

We informeren of er campings in de omgeving van Torun zijn, maar de campingbeheerder weet ook geen andere dan de stadscamping. Jammer. Op aanraden van de beheerder gaan we niet langs Inowroclaw (is volgens hem niet zo bijzonder), en nemen we een rustige weg meer in het noorden. We steken voor de laatste keer de Notec over, we gaan vandaag van het stroomgebied van de Oder naar dat van de Wisla. We rijden via mooie, rustige wegen naar Gniekowo. Langs de drukke rondweg zien we een aardig hotelletje liggen. We trotseren een klein stukje druk verkeer en zitten weldra aan prima Zurek- en goulashsoep. Net op tijd, zo blijkt, want even later wordt er een touringcar vol ouderen uit Surhuisterveen geleegd, die vervolgens allemaal in het nederlands een maaltijd proberen te bestellen. Als wij weer op de fiets stappen zijn zij nog lang niet klaar.
De kortste weg naar Torun is de drukke hoofdweg 15. Erg onprettig om te fietsen, daarom nemen wij een binnenweg richting Cierpice aan de Wisla. We stuiten al snel op een bord met het woord “Oblast” en we weten na een week Polen (een week pas? Het lijkt langer...) dat dat “omleiding” betekent. Het bord geeft aan dat er verderop werkzaamheden zijn. We besluiten de gok te wagen en hopen dat die werkzaamheden niets te maken hebben met een brug een paar kilometer verderop. Dat blijkt mee te vallen, er wordt wel gewerkt aan de berm maar we kunnen verder langs de mooie en rustige weg door het bos. Bij Cierpice komen we bij de Wisla maar we zullen de rivier pas zien als we bij Torun komen.

 

Via binnenwegen bereiken we tegen drieën Torun. Uit de informatie hebben we geconcludeerd dat de stadcamping van Torun op de noordoever naast de brug ligt. Op de plek waar we de camping verwachten liggen een hotel en een zwembad. Navraag ter plaatse helpt niet, dus gaan we naar de tourist information in de oude stad. Nu blijkt dat de camping op de zuidoever ligt, vlakbij de plaats waar we de Wisla overstaken. En nee, er zijn in de omgeving van Torun geen andere, rustige campings, ook niet bij de boer. Een gat in de markt lijkt ons. Als troost pakken we eerst een terrasje op de Markt van Torun. De camping heeft een aardig terrein, maar is niet bijzonder gezellig en je hebt inderdaad nogal wat verkeerslawaai. Desondanks zullen we er twee nachten zonder problemen slapen. Alle supermarkten blijken op de noordoever te liggen, dus na het tent opzetten steken Otto en Marja de Wisla weer over om boodschappen te doen en nog een klein stukje Torun te bekijken.

Taart per kilo (Dinsdag 19 juli)

Vandaag is bestemd voor bezoek aan Torun. Het is – met Olsztyn- de enige grotere Poolse stad die we zullen bezoeken. Bovendien is Torun in beide wereldoorlogen wonderwel gespaard gebleven en heeft het een stedenband met onze woonplaats Leiden. Van dat laatste hebben we overigens in Torun niets kunnen bespeuren.
We besluiten te voet Torun in te gaan. Dat bespaart ons de zorg onze fietsen in de gaten te moeten houden. We lopen de lange brug over de Wisla over en hebben een mooi zicht op de oude stad. De Wisla is een grote rivier, maar het valt op dat er eigenlijk geen scheepvaartverkeer te zien is, op een enkele rondvaartboot na. Een heel verschil met de Nederlandse grote rivieren. Torun is een leuke stad, met mooie gebouwen, gezellige straten, veel winkels, terrasjes en restaurants en niet al te toeristisch. We beginnen ons bezoek met taart bij een banketbakker annex koffiezaak . Want Veerle had nog verjaarstaart tegoed. In eerste instantie schrikken we van de toch wel forse prijzen die bij de verschillende soorten gebak staan. Tot we erachter komen dat het de prijzen per kilo zijn. Hier wijs je blijkbaar aan hoeveel taart je wilt en betaal je naar gewicht. En dan vallen de prijzen ineens heel erg mee en volgt een overvloedige taartmaaltijd.


Torun heeft diverse musea en monumenten die je kan bezoeken, maar wij kiezen voor een stadswandeling en winkels kijken. We lunchen op de markt met traditionele Zurek-soep, geserveerd in een kom van brood. Niet slecht, maar onze Zurek-connaisseur Otto heeft zowel soep als broodkom wel eens beter gegeten. Na de lunch splitsen we: Marja en Veerle willen even serieus shoppen. En Otto en Bart willen naar het station. Dan kunnen ze gelijk even kijken hoe je het handigst met de fiets op het perron komt. Dat blijkt een goed idee, want het blijkt dat we niet moeten opstappen in Torun stad, maar in het andere station Torun Glowny, vlakbij de camping.

Aan het eind van de middag stort een wolkbreuk zich uit over de stad. Otto is dan net bij de fietsenmaker voor een kleine reparatie aan de bevestiging van het spatbord (kostte de fietsenmaker een klein half uur, maar nee, hij wilde er geen geld voor hebben). De andere drie schuilen in een portiek van een winkel en kijken naar een mevrouw wiens naaldhak tussen de kinderkopjes vast is blijven zitten. Dat geeft het nodige amusement. Zielig daarentegen is een vogel die geblesseerd op straat zit en ernstig aan het verregenen is. Gelukkig ontfermt een Poolse vrouw met kind zich over het slachtoffer. Inmiddels is het etenstijd en voor de afwisseling kiezen we voor een Mexicaans restaurant. Redelijk tot heel goed eten, maar opnieuw heeft één van de vier, dit keer Marja, een matige maaltijd met halfgare tortilla’s.

VorigeBeginVolgende

 

© Otto Cox 2005/6