DagDag 1-3
DagDag 4-5
DagDag 6-7
DagDag 8-9
DagDag 10-11
DagDag 12-13
DagDag 14
DagDag 15-16
DagDag 17-18
DagDag 19
DagDag 20
DagDag 21
DagDag 22-23
DageindDag 24-25

VorigeStartpaginaVolgende

De stroom valt uit (Maandag 25 juli)

In de vroege ochtend worden we net als gisteren wakker van de kraanvogels. We kunnen niet zien waar ze zitten, maar wat kunnen die beesten een herrie maken! ’s Ochtends hebben wij geen brood meer. Het ontbijt op de camping vinden wij wel erg duur, dus fietsen we met een lege maag de 9 kilometer naar Olecko. Op dit korte stukje zien we een hert, zes kraanvogels en een konijn. In Olecko nuttigen we een verlaat ontbijt op een steiger aan het meer. Daarna is het tijd voor wat praktische zaken: het opvragen van de puk-code van Otto’s mobiel en het kopen van een metalen stripje voor reparatie van Veerles bagagedrager, want de noodreparatie is aan vervanging toe. We kopen een paar ansichtkaarten van het merengebied, maar tot Veerles chagrijn gaat het niet goed met de aantallen.

Vervolgens vertrekken we richting Suwalki. Het eerste deel van de weg is mooi, maar vrij druk, het tweede deel is net zo druk, maar nogal saai. Een vrij kaal landschap gestoffeerd met een vervallen kolchoze en wat flats. Veerle maakt wat foto’s van typisch poolse zaken als een wegkruis en ooievaars, dat moet nu gebeuren omdat we Polen binnenkort zullen verlaten. SuwalkiSuwalki hoorde in de tijd van de Poolse delingen bij Rusland en het valt op dat de bouwstijl duidelijk anders is dan in het voormalig Duitse deel waar we tot nu toe doorheen reden. Geel gepleisterde huizen die strak en wat statig ogen. We bezoeken de tourist information waar we niet alleen informatie over de omgeving hopen te vinden, maar ook wat over Litouwen. Dat laatste valt tegen, de grens mag dichtbij zijn, maar dat wil niet zeggen dat je informatie van over de grens hebt. Dan maar wat drinken op een binnenplaatsje, waarbij Otto zijn charmes op de serveerster uitprobeert. postz

Nog even inkopen doen en dan verder. Maar helaas: net als we bij de supermarkt komen worden alle klanten naar buiten gewerkt. De stroom blijkt te zijn uitgevallen. We zoeken een tijd in de grauwe flatwijken maar vinden geen andere super. In arren moede gaan we terug naar de eerste supermarkt en gelukkig: hij gaat net weer open. Nog even een ijsje (het slechtste overigens dat we in heel Polen hebben gegeten), en dan naar Wigry. Het is inmiddels behoorlijk laat geworden en hebben geen tijd meer om naar het station te kijken. Ook jammer is dat we geen tijd meer hebben om het gebied ten zuiden van Suwalki te bekijken, dat lijkt best aantrekkelijk met het Augustow-kanaal, een museumspoorlijn en een bos- en moeras landschap.

Van de camping in Wigry hadden we verwachtingen: een SVR-boerderijcamping op een schiereiland, vast rustig en gezellig. Als we aankomen moeten we even slikken: een heel volle, drukke camping. Die drukte komt vooral van een paar kanokampen die hier voor de nacht hun tenten hebben opgeslagen. Er zijn vier wc’s en twee douches voor meer dan honderd mensen. Op een heuveltje staat een soort tuinhuisje van waaruit de forsgebouwde eigenares de camping bestiert. Er is nog plek op een kaal veld naast de eigenlijke camping. Als troost hebben we uitzicht op het kloostercomplex.


De Paus kanoot hier ook (Dinsdag 26 juli)

wigryWeer een rustdag, onze laatste volle dag in Polen. We hoopten in Wigry nog wat informatie over Litouwen te krijgen, bijvoorbeeld van mensen die daar net vandaan kwamen. Maar niets van dat alles, op de hele camping is niemand die iets weet van Litouwen, ook de campingeigenaar niet. En dat terwijl we nog geen 20 kilometer van de grens zitten! Gelukkig zijn alle kanoërs aan het opbreken en belooft het een veel rustiger dag te worden. Op aandringen van Veerle en Bart huren we twee kano’s en gaan het meer op. Het is rustig weer, bewolkt en er hangt regen in de lucht, maar het valt er gelukkig niet uit. Ook het meer is rustig en we peddelen om het schiereiland heen. Het meer is te groot om helemaal over te peddelen. Net na lunchtijd zijn we weer op de camping, en ondanks Otto’s reputatie op dit gebied is er niemand omgeslagen. Na een eet- en leespauze lopen we naar het klooster. Dat lijkt een barokgebouw, maar het is pas na de oorlog gebouwd. Aan de oever van het meer staat een groot bord met een foto van Paus Johannes Paulus, die hier in zijn jonge jaren ook gekanoot blijkt te hebben. Hij heeft hier ook een tijd gewoond en tegen betaling kan je zijn voormalige werkkamer bezoeken. Wij kiezen echter voor een fototentoonstelling over Mongolië. Boeiender en gratis. In de kerk worden we aangeschoten door een opgeschoten, wat vage en puisterige postzPoolse jongen en zijn moeder, die vertellen dat de deze kerk het mooist vinden van heel Polen, en ook dat een familielid in Nederland gaat studeren. Als blijkt dat wij uit Leiden komen blijkt het familielid ook –heel toevallig- in Leiden te gaan studeren! Het duurt enige tijd voordat we van deze plakkers af zijn.
Na het kloosterbezoek blijven we op de camping. Het is een rustdag tenslotte.

 

VorigeBeginVolgende

 

© Otto Cox 2005/6